KEERBERGSE FINANCIËN OP RAMKOERS

Op 11 januari 2013

Een verhoging van de belastingen is onafwendbaar 

 

Donderdag 10 januari heeft de nieuwe bestuursploeg een verhoging van de belastingen voorgesteld op het college voor burgemeester en schepenen. De opgebouwde tekorten van de voorbije legislatuur hebben het onafwendbare met zich meegebracht. Dit is géén goed-nieuws-show, maar wel noodzakelijk om de Keerbergse financiën, die op sterven na dood zijn,  opnieuw te reanimeren. We willen daarbij niet alleen naar de volgende zes jaar kijken, maar wensen een duurzaam financieel beleid op poten te zetten voor de komende twaalf jaar.

 

Investeringsdrang leidt tot schuldenpiek

De voorbije bestuursperiode (2007-2012) werd 29,4 miljoen euro geïnvesteerd in nieuwe projecten en in buitengewone onderhoudswerken. Maar liefst 16 miljoen euro werd daarvan in 2010-2011 ingepland.

Van die 29,4 miljoen werd nog maar 15 miljoen effectief betaald. De rest moet nog worden geleend en werd doorgeschoven naar de huidige bestuursploeg. Investeringen plannen, vastleggen en in de steigers zetten is één zaak, betalen blijkbaar een andere. Dat wordt ‘netjes’ overgelaten aan de nieuwe bestuursploeg. Waar is hier het politiek fatsoen?

Bovendien is er sinds 2007 elk jaar een groot tekort op het eigen dienstjaar, met andere woorden zijn de jaarlijkse vaste kosten van de gemeente groter dan de inkomsten. Dat tekort wordt geraamd à rato van 1.3 miljoen euro in 2012, 1.6 miljoen euro in 2013, in 2018 loopt dit tekort op tot 3.5 miljoen euro.

Door de investeringsdrang en de stucturele tekorten op de eigen werking, moet de huidige coalitie voor de periode 2012–2014 voor 19,1 miljoen euro  nieuwe leningen aangaan, bovenop 15,6 miljoen euro bestaande leningen.

 

Kunnen we nog wel leningen afsluiten?

De gemeente heeft op dit moment niet het financiële draagvlak om nieuwe leningen aan te gaan.

Waarom niet? in cijfers uitgedrukt bedraagt de terugbetalingscapaciteit voor onze gemeente 349. Elk cijfer boven de 100 geeft aan dat je als gemeente niet voldoende sterk staat om nog bij te lenen. Keerbergen zit daar maar liefst drie keer over!

 

Waarom nu ingrijpen?

Vermits de Keerbergse schuldenlast zo hoog oploopt , moeten we NU drastisch ingrijpen om de toekomst van onze gemeente niet te hypothekeren.

Hoe gaan we te werk?

-        Nogmaals: de voorbije legislatuur werd 29,4 miljoen euro geïnvesteerd. De investeringstrein is ontspoord. Hierop grijpen we in. Als we nu niet ingrijpen implodeert de financiële toestand van Keerbergen immers compleet. Het investeringsniveau brengen we terug naar 12.5 miljoen euro. U moet weten dat een investeringsniveau van 20 miljoen een ‘normaal’ cijfer is voor een gemeente als Keerbergen. Met een cijfer van 12.5 miljoen snijden we dus nog altijd in het eigen vlees, want een halvering van het investeringsbudget.

-        De schuldgraad piekt. We zorgen ervoor dat deze met een verminderd ritme zal stijgen. Zonder ingrijpen stijgt deze tegen wil en dank naar 28 miljoen euro. De eerstvolgende twee jaar willen we 2.5 miljoen euro minder leningen aangaan. Daarmee brengen we de schuldgraad terug naar 24 miljoen.

-        We grijpen in op de uitgaven. De komende zes jaar zullen we systematisch besparingen doorvoeren. Tegen eind 2018 moeten we erin slagen om één miljoen euro te besparen.

-        We moeten op zoek naar nieuwe inkomsten. Dit door een verhoging van de personenbelasting van 5.5 naar 6.5 procent. De gemeentelijke opcentiemen stijgen van 815 naar 1150. Het Vlaamse gemiddelde staat op 7.16 procent en 1340 opcentiemen. Door tijdig in te grijpen, slagen we erin om onder dat Vlaams gemiddelde te blijven.

-        Wat zijn de inkomsten van deze belastingsverhoging? 2.2 miljoen euro op jaarbasis.

 

Conclusie: Alleen op deze daadkrachtige manier kunnen wij werken aan een gezond en duurzaam financieel beleid voor onze gemeente op lange termijn.

Gevolgen op de financiën na noodzakelijk ingrepen

-        Vanaf 2007 dekken de gemeentelijke inkomsten de uitgaven niet meer. Zo is er een tekort van 3,8 miljoen opgebouwd de voorbije zes jaar. Bij ongewijzigd beleid zal dit tekort verder oplopen tot 9 miljoen euro. Door onze ingrepen brengen we dit terug tot +700.000 euro.

-        Indien we niet ingrijpen dan moeten we vanaf 2014 nieuwe leningen aangaan om de oude af te betalen. De rentesneeuwbal raakt aan de rol. Indien we niet ingrijpen krijgen we vanaf  2015 1.4 miljoen euro extra leninglast te verwerken en dit bedrag loopt stelselmatig verder op tot 2.4 miljoen euro in 2018. Door in te grijpen reduceren we de nieuwe leninglast tot 920.000 euro en zal die veel langzamer stijgen tot 1 miljoen euro in 2018.

-        Anders gesteld: We kunnen de opname nieuwe leningen drastisch beperken door NU in te grijpen: in 2013 en 2014 gaan we onze maatregelen 7.1 miljoen euro leningen moeten aangaan in plaats van 13.7 miljoen euro.  Van 2015 tot 2018 2.9 miljoen euro in plaats van de 18.2 miljoen euro bij ongewijzigd beleid.

Zo moeten we ‘slechts’ 2.9 miljoen euro nieuwe leningen opnemen in plaats van 21 miljoen euro.

Er is toch nog een spaarpot?

Wat met ‘die spaarpot’ van 2.5 miljoen die Open VLD steeds vermeld? Dat zijn de restanten van de pot van 15 miljoen voor 2006 opgebouwd door oud-burgemeester Schroos. Dat geld komt pas vrij in 2015. De tekorten op het werkingsjaar kunnen we daarmee dus niet aanvullen, hetgeen Open  VLD de voorbije legislatuur wel zo systematisch heeft gedaan. Omdat het geld niet onmiddellijk beschikbaar is, moeten we leningen aangaan.

 

De schuldvraag is de hamvraag

Omdat de waarheid ook haar rechten heeft, moeten we toch vermelden dat alle financiële sleutelposities in handen waren van Open VLD tijdens de vorige legislatuur.   Erik Moons, voorzitter AGB en voorzitter van de begrotingscommissie. Freddy Van den Broeck, schepen van financiën. En last but not least, Ann Schevenels als burgemeester.

 

Rooksignalen

Er waren al meerdere keren alarmsignalen doorgegeven door de eigen administratie omtrent de ontsporende financiële situatie. Dit leiden we af uit de verslagen van de begrotingscommissies.

Bijvoorbeeld die van november 2011 waar Marc Van Grunderbeeck en Freddy Van den Broeck nochtans duidelijk waren. Blijkbaar werden die signalen straal genegeerd. Freddy Van Den Broeck is ten langen laatste zelfs uit open VLD gestapt uit onvrede met de financiële ontsporingen en de doofheid waarmee hij werd bejegend vanuit zijn eigen partij.

Open VLD beweert nochtans in haar burgerkrant van januari 2013: “De voorbije jaren hebben wij de gemeentefinanciën gezond gehouden”. Dit is zand in de ogen strooien van de Keerbergenaar.

Het fetisj van Open VLD, namelijk het stelselmatig inzetten op belastingsverlaging, hebben ze zelf moeten verlaten. Het laatste jaar werd zo de geplande belastingsverlaging geschrapt.

 

Erfenis met schulden

De erfenis die we gevonden hebben oogt niet fraai. We hebben bij onze aanstelling een fiscaal paradijs teruggevonden, gebouwd op een financieel kerkhof.

We willen er als coalitie alles aan doen om een positief project te schrijven voor Keerbergen en daarbij een duurzaam financieel beleid uitbouwen. Want dat verdient Keerbergen!

Om onze inwoners ten gronde te informeren omtrent deze thematiek zullen wij in de nabije toekomst informatiemomenten organiseren.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is